Bruisende voorstelling over verlangen naar contact
Een voorstelling beginnen met de dood, dat hakt erin. Zeker als die zo krachtig is verbeeld als in I SOLO MENT, de nieuwe choreografie van de onlangs bekroonde choreografe Ann Van den Broek (Zwaan voor de beste dansproductie, Co(te)lette).
Een vrouw wast met smart het lichaam van een overleden man. Ze legt hem af. Maar er is meer aan de hand. Hoe soepel en zacht de wasbeurt ook gaat, ze blijft bij iedere beweging op tien centimeter afstand van het (geklede) lijf. De dode werkt wel mee – hij houdt zelf zijn ballen even opzij, zodat ieder plekje bereikt kan worden – maar echt contact is onmogelijk. De allerlaatste kans tot intimiteit is verkeken. Op band klinkt een song van Nick Cave over verlies.
Een voorstelling beginnen met de dood, dat bergt ook een gevaar. Kom maar eens over deze indringende scène heen. Toch lukt het Van den Broek de spanning uit te bouwen naar een climax: een nog kouder einde. De dode herleeft in herinneringen, hij dribbelt en drumt (mimisch) en bruist van energie en creativiteit tussen vier lichtschermen uit een fotostudio. Maar voor de vrouw blijft hij een onneembare vesting. Zij beweegt trots om hem heen, danst soms met hem mee, volgt hem in zijn creaties, maar krijgt niet wat ze hoopt. Zelfs als ze naar het eind haar naakte lichaam plooit in alle standjes van zijn verlangens – hij houdt zijn armen open – blijft haar blik ver van de zijne.
Wie weet dat het hier om een autobiografisch gegeven gaat van de choreografe en haar aan kanker overleden, mogelijk autistische broer (een fotograaf) leest extra veel in dit expressieve dansduet van twee solistische zielen. Zonder die achtergrond valt er ook veel te interpreteren. Soms gaat de leesbaarheid net te ver, als dans en songteksten elkaar dubbelen. Het niet ingeloste verlangen hoeft niet per se te worden bezongen. Maar danseres Cecilia Moisio levert (net als in Co(te)lette) een topprestatie door krachtig te verlangen, te hopen en te geven, maar nooit te verliezen. En Dario Tortorelli kruipt knap in de huid van iemand die zijn creativiteit niet kan communiceren.
Annette Embrechts, de Volkskrant, 11 november 2008