Gastvrouw en drankorgel
De Belgische Ann Van den Broek doet in de voorstelling Rest Room een boekje open over hoe we onze angsten en onzekerheden naar buiten toe kunnen maskeren. Ze danst en speelt in een sexy zwarte japon gehulde chique gastvrouw, die in haar badkamer de laatste hand legt aan haar uiterlijk.
Ze checkt make-up en haar, trekt haar buik nog eens in, kijkt of haar profiel er mee door kan. Ze oefent tal van begroetingsrituelen, van droog handen schudden en het geven van party kusjes tot het verleidelijk omarmen van de gasten. Ogenschijnlijk is deze charmante gastvrouw de situatie geheel en al meester, ware het niet dat haar onzekere alter-ego, in de persoon van danseres Einat Tuchman, de zaak komt bederven. Die toont juist alles wat de angstige controlfreak wil verhullen. Ze zuipt uit een heupflacon, sliert over de grond en werpt zich tegen haar fier rondlopende tegenspeelster aan. Ze jankt, giert en brult het uit en duikt tot slot met haar hoofd in de wc-pot. Tenslotte wordt de vrouw door haar bedolven, en moet ze toegeven aan wie ze werkelijk is.
Het is verrassend om te zien hoe hedendaagse makers teruggrijpen naar een psychologisch onderwerp dat in de Amerikaanse dans van de jaren vijftig het summum van modernisme was. Van den Broek pakt het thema evenwel fris op en werkt het compact uit. Mooi messcherp zijn de repetitieve bewegingen waarmee ze haar uiterlijk controleert en lekker liederlijk is het spel van tegenspeelster Tuchman. De rollen zijn even helder tegenover elkaar geplaatst als de zwarte en witte tegeltjes op het speelvlak. De puntige dans van Van den Broek en het ronde spel van Tuchman vallen dwingend samen in een even serieus als geestig duet dat met drie kwartier ook lang genoeg duurt.
Isabella Lanz, NRC Handelsblad, 1 december 2003