Genomineerd voor Zwaan meest indrukwekkende dansproductie
Memory Loss is het laatste deel van een drieluik over geheugenverlies van Ann Van den Broek. In dit indrukwekkend slotstuk neemt de choreograaf het publiek mee in de almaar versnellende neerwaartse spiraal die op de diagnose dementie volgt. De onherroepelijkheid van dit proces, de paniek die ontstaat, en de machteloosheid van degenen die aan de zijlijn staan en tegelijkertijd in de draaikolk worden meegezogen, verwerkt Van den Broek op meesterlijke wijze in haar stuk.
De signatuur van Ann Van den Broek wordt zichtbaar in Memory Loss in de voor haar werk kenmerkende componenten: live muziek, videoprojecties, tekst en de herkenbare bewegingsesthetiek. Met de uitwerking hiervan in deze voorstelling tilt zij het nog een niveau hoger om deze duistere realiteit te benaderen: somber, donker, onheilspellend en klinisch. Memory Loss is een persoonlijk document: oprecht en ontroerend. Wreed én liefdevol. Met haar trilogie kweekt Ann Van den Broek begrip voor dementerenden en daar verdient zij alle credits voor. Zoals een van de dansers zegt: “They are by no means crazy”.
Juryrapport VSCD dansprijzen, oktober 2020
Memory Loss is een alomvattende krachttoer waarin het onderhuids gist van emoties
‘Een valkuil zonder uitgang’, zo waarschuwt de indringende zangstem van Gregory Frateur ons bij aanvang op band. Hoe diep en wreed de val is, waar mensen met alzheimer of dementie in belanden, voelen we mee tijdens de performance Memory Loss, het slot van een drieluik over deze ouderdomsziekte, gemaakt door Ann Van den Broek.
De choreograaf heeft haar vondsten uit eerdere delen sterk gecomprimeerd samengebracht en aangevuld tot een alomvattende krachttoer, waarin het onderhuids gist van emoties. In de door haar zelf vanuit het midden van het podium strak geregisseerde vorm, kruipt het verlies van decorum, identiteit en herinneringen langzaam in je botten. De wanhopige vertwijfeling bij diegene die verdwenen antwoorden op simpele vragen pareert met een smeekbede naar huis te mogen. De wetenschapper die opgewonden praat over vitale hersenfuncties. De onmacht van oververmoeide mantelzorgers: de ene danser sleept de andere voort in een trieste tredmolen. En de harde confrontatie met het opgelegde tempo van verzorging: de lange haren van Marion Bosetti worden meermaals hardvochtig gewassen.
Vijftien performers zijn eerst nog verzorgd gekleed, met handtas, rokken, hakken en pakken. Stapsgewijs lopen ze ritmisch de val van de ontreddering binnen. Op het podium staat een stalen carré vol camera’s, microfoons en geluidspedalen. In het hart dicteert Van den Broek de volgorde. Messscherp last ze de dwaaltocht aan elkaar. Alles oogt zwart-wit, kostuums, licht, video, sfeerbeeld. Alle kleur is weggesijpeld. Zo vindt Van den Broek een verschrikkelijk mooie vorm voor een verschrikkelijk wrede ziekte. Aan het slot draagt ze Memory Loss op aan haar moeder en aan alle mantelzorgers. Dus, terecht, ook aan zichzelf.
Annette Embrechts, de Volkskrant 26 januari 2020
Dwalen door de gaten van het geheugen
De lamp gaat aan. En uit. Aan. En uit. In elke hoek een andere. Als vliegen volgen die jonge mensen in lange jurken, nylonkousen en pumps, het licht. Traag, het licht is al bijna gedoofd als hun ogen het gevonden hebben.
Ze klampen zich vast aan het schaarse licht dat zwakjes op hun gezichten schijnt, maar verliezen het even snel weer. In Memory Loss van Ann van den Broek verbeeldt het de dolende zoektocht van mensen met Alzheimer of een andere vorm van geheugenverlies. Even zien ze het licht, om dan weer verder te dwalen door de gaten van hun geheugen.
Memory Loss is het derde en laatste deel uit de serie The Memory Loss Collection. De eerdere delen Blueprint on Memory (2018) en Zooming in on Loss (2019) culmineren in dit slotstuk. Memory Loss vormt een donkere, indringende voorstelling, die de toeschouwer genadeloos confronteert met het uitzichtloze ziektebeeld, maar ook met de harde omgeving waarin de zieken zich bevinden en de machteloze positie van naasten.
Dat doet de voorstelling door het perspectief van de omstander, de wetenschapper en de zieke zelf te belichten, met video als documentatie-instrument. Camera’s op het toneel tonen live op een scherm wat er gaande is. Een biechtmicrofoon staat in het midden.
Daaromheen landen voeten met nadruk op de vloer in een permanent ritme. Het ritme waarin ze lopen klinkt stevig, maar als je goed kijkt zie je dat ze nergens heen gaan. De passen worden langzaam voorzichtiger, zoekend en onzeker. Totdat ze niet meer zelfstandig kunnen en elkaar, als de lamme en de blinde, in duo’s in rondjes laten cirkelen. Nergens heen. ‘It’s happening in here/ breathe in, breathe out.’ Een doordringende stem houdt de vergetenden met dit mantra bij de les. Tevergeefs.
De regisseur van dit alles vormt Van den Broek zelf. Ze zit in het midden. Van daaruit regisseert ze de camerabeelden en vuurt ze vragen af op haar performers. Ze vormt de aanschouwer, zoals ze dat ook in het echte leven vormde: haar moeder leed ook aan de ziekte, vertelde ze aan Dans Magazine.
Ze legt ongenadig bloot wat er aan de hand is. ‘What did I ask you?’ en ‘How long have you been here?’ vraagt ze haar performers. ‘I don’t know’, is het hulpeloze antwoord.
Ze confronteert haar publiek met dat wat er aan de hand is, brengt het op beeld en in het licht. Eigenlijk is het gemeen, hoe ze de mensen vragen stelt die ze niet kunnen beantwoorden, en hen doelloos laat rondlopen in plaats van een veilige ruimte voor hen te zoeken. Je kunt er ethische vragen over stellen, want hoe gaat dit in het echte leven?
De wetenschapper wijst ons ten slotte op de harde feiten. Op het grote scherm legt ze feitelijk uit hoe geheugenverlies kan ontstaan. Het schetst een donker, triest beeld van eenzame mensen die niets meer kunnen vinden in de duisternis.
Carolien Verduijn, Theaterkrant, 18 januari 2020
Emotionerend slot van danstrilogie over Alzheimer
Met Memory Loss sluit Ann Van den Broek de trilogie af over Alzheimer/ dementie, de ziekte die haar moeder trof. In dit laatste deel is zij ongebruikelijk direct.
“It’s happening in here. Disbelieve. Breathe out, breathe in.” Ritmisch gezang klinkt als veertien dansers het toneel op marcheren. Choreografe Ann Van den Broek zit in het midden van het schemerige toneel achter een mengpaneel en overziet vandaar hoe in een kleine anderhalf uur de doelgerichte passen en handelingen desintegreren, de lichamen ineenschrompelen en de geest implodeert. Op het laatst is een glas water drinken zelfs te moeilijk.
Memory Loss is de apotheose van The Memory Loss Collection, Van den Broeks trilogie over Alzheimer en dementie, de ziekte die haar moeder trof. In dit slotdeel keren elementen uit de eerdere delen Blueprint on Memory en Zooming in on Loss terug. Via live projectie zijn we weer getuige van de kwelling van het ‘Alzheimerspreekuur’, de kooiconstructies met microfoons en schakelaars uit deel twee staan nu in de vier hoeken van het speelvlak. Ook nu zijn zwart en wit de hoofdkleuren. De lichtwisselingen zijn abrupt, zoals periodes van mentale verlorenheid plots doorsneden kunnen worden door flitsen van helderheid.
Van den Broek is in beeld en tekst ongebruikelijk direct in Memory Loss. We zien mensen die zich alleen nog met hulp van anderen kunnen voortbewegen, een haarwassing die eerst als aangenaam, daarna als beangstigend wordt ervaren, ontremd gedrag, de verontwaardigde noodkreet van een familielid, uitleg door een ‘witte jas’ over het aftakelingsproces.
Juist door die herkenbaarheid is het niet het beste deel van de trilogie. Van den Broek is op haar sterkst in de geabstraheerde emotie. Het geeft wel aan hoe groot haar betrokkenheid is en haar behoefte om dit urgente vraagstuk – hoe gaan we met mensen met Alzheimer/dementie om? – met het publiek te delen. Dat maakt óók indruk. The Memory Loss Collection is als geheel een belangrijk tijdsdocument en wie zelf een dierbare heeft zien wegglijden, zal bij het zien van het hulpeloze geschuifel en onbegrip hard moeten slikken.
Francine van der Wiel, NRC, 19 januari 2020
Memory Loss, boeiend eigentijds theater over dementie
Ann Van den Broek heeft met haar gezelschap WArd/waRD het bewegingsvocabulaire van dementerende mensen onderzocht. Haar voorstelling Memory Loss laat in eigentijds theater en op beeldende wijze de ravage zien die dementie aanricht in de menselijke geest. Door de compassie die uit de voorstelling spreekt is het tegelijk een troost voor hen die met de ziekte te maken hebben.
Dementerende mensen zijn vaak getuige van hun eigen mentale verdwijning. De voorstelling laat onverbiddelijk deze uitval van mentale presentie zien. De ziekte leidt tot verlies van alles wat je van waarde kan vinden in het sociale leven: herinnering, herkenning, erkenning van je eigen bijdragen aan de waarde en de waardigheid van de ander. Dat gaat onvermijdelijk verloren: niet alleen voor de sociale omgeving, maar ook voor de dementerende zelf. De voorstelling laat dat onomwonden zien en raakt mede daardoor de toeschouwer.
Het is een voorstelling zonder tekst, dat wil zeggen er is wel tekst. Maar dit staat los van deze tragiek en van het spel van de acteurs. We horen op zakelijke toon de visie van de wetenschap, en op muziek de gezongen volzinnen van de poëtische beschrijvingen. Daarmee contrasteren de onzekere reacties op de vragen die gesteld worden aan de acteurs. ‘Waar ben je?’ ‘Ben je bang?’ ‘Wie ben je?’ Daarop komt geen ander antwoord op dan bijvoorbeeld: ‘Ik wil naar huis’.
De genade van de ander
Die keuze voor schrale taal is juist. Het vermogen tot opbouwen, combineren en creëren in zinnen ontvalt de aan dementie lijdende patiënten. Het dozijn vrouwen en mannen op het podium laat dat zien: er is geen tekst voor wat hen overkomt. De laatste scene van de voorstelling staat dan ook op muziek. Die beschrijft het ademen, het is het geluid van je adem die doorgaat, terwijl je zelf niet meer weet dat je ademt. Op dat punt aangeland neemt de voorstelling een wending in nieuwe en positieve richting. Dit is de laatste dag en de laatste adem, de verlossing.
Het vergt moed omdat het verdwijnen van de menselijke presentie in een voorstelling te laten zien. Want de kans dat we zelf in deze situatie kunnen belanden, willen we niet graag onder ogen zien. Het lot van het niet beschouwd worden als persoon. Dementerenden moeten hopen op de genade van de anderen. De genade die aan het einde van een leven nog een enorme een uitzichtloze wissel trekt op de energie en de intellectuele inspanningen van de mentaal en maatschappelijk actieve ander. Dat wil niemand ondergaan, wil niemand zijn naasten aandoen. Die gedachte dat het kan gebeuren en dat je het zelf zou kunnen ondergaan, brengt het stuk je onder ogen. Versterkt wordt dat doordat de acteurs regelmatig van rol wisselen, ze zijn iedereen, de een die lijdt en de andere die zorgt.
Voluit theater
Beeldend en auditief krijgt dat uitdrukking in choreografie, scénebeelden en muziek. De muzikanten zijn op het podium aanwezig, de microfoons waar de acteurs in toerbeurt gebruik van maken pendelen aan lange snoeren op het toneel en maken deel uit van het beeld. De choreografie houdt het midden houdt tussen rijdans en het theater van Bob Wilson en het spel van de acteurs. Die geven om beurten, als ze even uit de anonimiteit van de groepsenscenering, acte de présence in een kort vignet. Beeldend en dramaturgisch vormt Memory Loss daarmee in combinatie met de inhoud een theatraal spannende eenheid die nochtans versmelt met de inhoud. Daarmee geeft Ann Van den Broek ons een ervaring mee die we niemand wensen, meer eenieder kan overkomen. Je krijgt hem voluit mee, en dat is de kracht van deze indringende voorstelling.
Ada van Dijk, Rotterdam Vandaag & Morgen, 21 januari 2020
Liefde en zorg wordt imposant vertolkt in Memory Loss
Het begint als een huiselijk tafereeltje. Een verzorgster wast de haren van een dementerende vrouw. Steeds wordt deze handeling herhaald. Wat begint als een liefdevolle handeling verandert geleidelijk in strijd: een beproeving voor zowel de doorpakkende wasser als de tegenstribbelende gewassene.
In het slotdeel van haar trilogie over dementie verschuift Ann Van den Broek de aandacht van de patiënt naar de mantelzorger. De Vlaamse choreografe zorgde zelf al lange tijd voor haar dementerende moeder, en kan dus uit ervaring putten. Op imposante wijze heeft Van den Broek die ervaring uitgewerkt.
Het eerste deel, Blueprint on Memory (2018), was een strenge bewegingsexcercitie waarin verschillende personages genadeloos werden geconfronteerd met het verlies van herinneringen en identiteit. De tweede (en sterkste) aflevering, Zooming in on Loss (2019), voerde de kijker binnen in de desintegrerende binnenwereld van een alzheimerpatiënt. Staand rond een kooiconstructie met camera’s, microfoons en een wirwar van elektriciteitsdraden was de toeschouwer getuige van het haperen en uiteindelijk zelfs compleet imploderen van een brein.
De kooiconstructie keert in Memory Loss in viervoud terug, geplaatst op de hoeken van het toneel. Ook de pijnlijke gesprekken die Van den Broek, als alter ego van dokter Alois Alzheimer, voert met een aantal patiënten, zijn weer te zien en te horen: ‘Wat is uw naam?’ ‘Hoe lang bent u hier geweest?’ ‘Welk jaar is het?’ Het antwoord is nog net zo ontluisterend: ‘Dat kan ik u vertellen, maar ik moet even wachten.’
Aan de bekende elementen voegt de voorstelling een reeks wetenschappelijke betogen toe. En ook een hele stoet scènes waarin we zien hoe de slopende geheugenziekte de naasten van de patiënt in haar greep neemt. Zoals die haarwasscène(s).
De uitbreidingen maken Memory Loss wat begrijpelijker en toegankelijker dan de voorgangers. Maar ook wat minder rauw.
Fritz de Jong, Het Parool 3 maart 2020
Dansen over verval en ontluistering
De gaten die in het geheugen kunnen vallen, corresponderen soms met letterlijke gaten in de hersenen. Het is een van de harde feiten over hersenen, geheugenverlies en zulk ongerief die een wetenschapper over ons uitstort. In het Engels, haar hoofd zwart-wit uitvergroot op het scherm. Dan weer dansen, de ontluistering tegemoet.
Memory Loss is het afsluitende deel van een drieluik, The Memory Loss Collection. Dansmaakster Ann Van den Broek baseerde het op eigen ervaringen met haar dementerende moeder. Uit de eerste hand dus, en dat maakt het wel heel direct en confronterend. Maar kom, dat is die ziekte ook.
Het publiek, deels in de zaal en deels op het podium, zit er met de neus bovenop. Het begint nog zo gestileerd en georganiseerd, met dansers die in regelmatige, gelijke passen over het podium marcheren. Keurig in de kleren, ook dat nog. Maar die kleren zijn in strak zwart-wit gehouden, alle kleur is er al uit weggetrokken. Ze gaan steeds slordiger, steeds onzekerder ogen – weg decorum. Het licht flitst aan en uit. als nu en dan opflikkerende hersenfuncties.
De dansers zijn, zien we nu, verdeeld in patiënten en verzorgenden – personeel, mantelzorgers. De toenemende wanhoop bij beide partijen is het duidelijkst bij de manier waarop de ene danseres het haar van de andere wast: eerst vol liefde en aandacht, maar het gaat steeds sneller, harder, moeizamer, de gewassene gaat zich weerspanniger gedragen omdat ze het ook allemaal niet meer snapt.
Zo’n scène is heel direct, heel letterlijk, en dat kun je er op tegen hebben. Maar het grijpt je wel ernstig bij de keel. Ook in de wetenschap dat Ann Van den Broek, centraal op het podium in een soort regisseurspositie, het allemaal zelf ondervond. Dan ga je wel even slikken als je machteloos toe moet kijken hoe de dansers steeds doffer uit hun ogen gaan kijken, zich steeds onzekerder voortbewegen, de totale ontluistering tegemoet.
Er kan, in het algemeen, een zekere schoonheid schuilen in verval, maar hier moet die vooral komen van de buitengewoon inlevende manier waarop Van den Broek haar materiaal heeft vormgegeven. Dat geldt ook voor de elektronische live-muziek, soms toepasselijk vervormd, en het gebruik van het videoscherm. Een van de dansers poneert, geprojecteerd en wel, dat alzheimer-patiënten te vaak gedefinieerd worden naar wie ze waren voor het noodlot toesloeg, en naar de vernederende effecten van hun ziektebeeld, en te weinig naar de persoon die nu daaronder schuil gaat. Troostende woorden, gek genoeg.
Jacob Haagsma, Leeuwarder Courant 27 februari 2020
In de gevangenis van het hoofd
Theater Freiburg toonde de Duitse première van het dansstuk Memory Loss in een uniek gastoptreden.
Dat is een uitdaging. Het beheersen ervan is een delicate taak. De Nederlands-Vlaamse choreografe Ann Van den Broek ging haar niettemin aan. De toewijding geprojecteerd op het grote scherm aan het einde onthult waarom: “In liefdevolle herinnering aan mijn moeder”. Memory Loss, het laatste deel van de trilogie The Memory Loss Collection, dat zaterdag in een eenmalige gastvoorstelling te zien was als Duitse première in de grote zaal van het Freiburg-theater, behandelt in dans het onderwerp dementie, nadat direct daarvoor de auteur David Wagner uit zijn boek “Der vergessliche Riese” (de vergeetachtige reus) – over de ziekte van zijn vader – had voorgelezen. Het was de laatste dag van een week durend, op deze productie geïnspireerd randprogramma met discussies, een rondgesprek en een symposium over het steeds dringender wordende onderwerp “Dementie, Alzheimer, zorg en cultuur”.
Wat kunnen de podiumkunsten hier doen? Iedereen die in het begin sceptisch was, werd al snel betoverd door de 16 artiesten – zeker niet alleen dansers, maar ook acteurs, muzikanten en amateurs – van Van den Broeks gezelschap WArd/waRD. Het verrassend talrijke publiek zat niet alleen voor, maar ook op het podium – en omsloot dus de gebeurtenissen die de patiënt in de eerste fase als een verlies van de wereld moet ervaren – een toestand die gepaard gaat met grote angst, die ook op het podium indrukwekkend begrijpelijk wordt: men ziet een danseres zich vastklampen aan een glas water alsof het de enige vastigheid in haar leven was – en men hoort de nuchtere medische vraag of ze bang is. Een deel van het ensemble neemt het deel over van degenen die hun geheugen verliezen, het andere deel dat van de helpende, zelfs liefdevolle omgeving. Ze bewegen in paren, sommige leiden, de anderen worden geleid en laten zich leiden. In werkelijkheid is dit misschien niet altijd zo harmonieus, maar Memory Loss wil niet alleen de deprimerende kant van dementie vertegenwoordigen.
De beperking tot de kleuren zwart en wit is esthetisch indrukwekkend. Alsof de ziekte alle kleur opslokt. Men stelt zich voor dat het gebied dat wordt gemarkeerd door smalle poorten en lijnen op de vloer de gevangenis in het hoofd zelf is. Dezelfde frequenties weerklinken steeds weer in hem: eerst een zwelling van stemmen, dan melodiefragmenten – de zin “Future has lost its history” (de toekomst heeft z’n geschiedenis verloren) wordt het leidmotief – en vervolgens elektronisch gedonder (compositie: Nicolas Rombouts). De soundscape is een ondersteunend element van de voorstelling, die alle genre-grenzen achter zich laat: net zoals het vast komt te zitten in terugkerende loops, zitten de acteurs vast in eindeloze rituele herhalingen die alleen het verloren ik nog houvast kunnen geven. Aan het einde zegt men met een gebarsten stem: Let’s go home (laten we naar huis gaan). Maar waar is dat? Moed en gevoeligheid zijn een zeldzame combinatie. En dans in het Freiburg-theater is altijd een happening.
Bettina Schulte, Badische Zeitung, 27 januari 2020