De herontdekking van een meedansende camera. Logischerwijs is dat een mooie bijvangst van de tijdige keuze van de Nederlandse Dansdagen om het festival dit keer, vanwege de coronarestricties, online te laten plaatsvinden. In de eerste week van oktober verscheen iedere dag online nieuw werk van choreografen.
De Nederlandse Dansdagen Digitaal had al voor de zomer opdrachten verstrekt voor Virtuele Residenties, zoals aan choreografe Ann Van den Broek. Zij maakt al jaren gebruik van camera’s en (live) videobeelden in haar zwart-omrande, emotioneel indringende werk. Je ziet tijdens een voorstelling via (real time) filmbeelden ook hoe haar dansers in de coulissen of backstage tussen kostuumrekken doorgaan met performen.
In haar ruim dertig minuten durende film Memory Loss Inside voert ze dit nog verder op: haar dansers dragen nu (onzichtbaar) een camera op hun voorhoofd. In de montage wordt heel precies geswitcht van de ene close-up naar het andere perspectief, zonder dat de meebewegende camera’s te zien zijn. Hierdoor zit je als kijker in het hart van de voorstelling Memory Loss, alsook in het hoofd van de aan dementie lijdende hoofdpersoon (vertolkt door verschillende dansers). Je krijgt zelfs het gevoel deel uit te maken van de militaristische timing bij het verloop van de scènes. In die zin maakt de film de titel volledig waar. Memory Loss Inside is een indringende ervaring, soms zelfs zo intens dat de pauzeknop even voor frisse lucht en afstand moet zorgen. In werkelijkheid heeft iemand met Alzheimer of dementie geen pauzeknop tot zijn of haar beschikking.
Zo heftig voelt het dus om overgeleverd te zijn aan een tredmolen waarvan je de logica niet meer bijbeent. De ontreddering, de angst, de pijn van het niet meer weten… doordat de camera je mee laat kijken bij iedere stap van iedere performer, komt het verdwalen dubbelhard binnen. Het angstige verlangen (‘I want to go home…’) op de dwingend herhaalde vraag van Van den Broek (‘What did I ask you?) voelt hartverscheurend, net als de verwarde blik bij haren die ruw worden gewassen.
Tegelijk zie je ook hoe het van de dansers opperste concentratie vraagt om samen foutloos het strakke schema te voltooien van alle wisselende opdrachten en perspectieven. Hier een voetpedaal, daar een microfoon, hier een glas water, daar een paar schoenen. Om gek van te worden. Maar de elf performers, waaronder Marion Borsetti, Louis Combeaud, Frauke Mariën, Aryeh Weiner en Nik Rajšek, maken er een angstaanjagend juweeltje van, op de groef van de inslijpende zang en muziek van Gregory Frateur. Een vorm van cameradans waar je u tegen zegt.
Annette Embrechts, Theaterkrant 18 oktober 2020